fbpx

Deel 2 Tijdige Groeten Nrs. 17, 18

Ter Correctie

Tijdige Groeten

De enige gemoedsrust

Vol.2.Nr 17

 Plaatje

Een Wereld Regering En Het Enige Volk Dat Niet Ervoor Wil Buigen

GEBEDSVOORLEZING

Het Bedrog Van De Rijkdom

Deze middag zal ik lezen op bladzijde 27 van Lessen uit het leven van Alledag: {2TG17: 2.1}

“Liefde voor rijkdom heeft ene verdwazende, bedrieglijke macht. Maar al te vaak vergeten mensen die wereldse schatten bezitten, dat God hen macht heeft gegeven om rijkdom te verwerven. Zij zeggen: ‘Mijn kracht en de sterkte mijner hand heeft mij dit vermogen verworven.’ Deut. 8: 17. In plaats van dankbaarheid voor God te wekken leidt hun rijkdom tot het verheffen van zichzelf. Zij raken het besef van hun afhankelijkheid van God en van hun verplichtingen tegenover hun medemensen kwijt. In plaats van rijkdom te zien als een talent dat gebruikt moet worden tot eer van God en het verheffen van de mensheid zien zij die als een middel om zichzelf te dienen. In plaats van in de mens de eigenschappen van God tot bloei te brengen wordt de rijkdom, die op deze wijze wordt gebruikt, benut om in de mens Satans eigenschappen tot ontwikkeling te brengen….  {2TG17: 2.2}

‘” De begeerte naar al het andere.’ Dit zijn niet noodzakelijkerwijze dingen die op zichzelf nodig zijn, maar al die dingen, die boven Gods koninkrijk worden geplaatst. Alles wat de aandacht aftrekt van God, wat de genegenheid aftrekt van Christus, is een vijand voor de ziel.” {2TG17: 2.3}

We zullen nu bidden voor het besef dat God Diegene is Die ons de gelegenheid geeft om die dingen te verkrijgen die wij nodig hebben, en dat Hij sommige zegent met rijkdom voor geen ander doel dan dat de rijken Hem zullen dienen in de persoon van de mensheid. In deze lezing worden we ook opgedragen te bidden, dat wij ons hoeden van het dienen van onszelf, en leren God de eer te geven voor als onze rechtvaardige handelingen, en de Duivel beschuldigen van onze zonden. {2TG17: 2.4}

2

EEN WERELD REGERING EN HET ENIGE VOLK DAT ER NIET VOOR WIL BUIGEN

LEZING  DOOR V. T. HOUTEFF

BEDIENAAR DER DAVIDIAANSE ZEVENDE DAG ADVENTISTEN

SABBAT, 6 December 1947

CARMEL KAPEL

WACO, TEXAS

Daniël 7; Openbaring 13, 17

Openb. 13: 1-10—“ En ik zag uit de zee een beest opkomen, hebbende zeven hoorden en tien hoornen; en op zijn hoornen waren tien koninklijke hoeden, en op zijn hoofden was een naam van godslastering. En het beest dat ik zag, was een pardel gelijk, en zijn voeten als eens beers voeten, en zijn mond als de mond eens leeuws; en de draag gaf hem zijn kracht, en zijn troon, en grote macht. En ik zag een van zijn hoofden als tot den dood gewond, en zijn dodelijke wonde werd genezen; en de gehele aarde verwonderde zich achter het beest.

         En zij aanbaden den draak, die het beest macht gegeven had; en zij aanbaden het beest, zeggende: Wie is dit beest gelijk? Wie kan krijg voeren tegen hetzelve? En hetzelve werd een mond gegeven, om grote dingen en godslasteringen te spreken; en hetzelve werd macht gegeven, om zulks te doen, twee en veertig maanden. {2TG17: 4.1}

En het opende zijn mond tot lastering tegen God, om Zijn Naam te lasteren, en Zijn tabernakel, en die in den hemel wonen. En hetzelve werd macht gegeven, om den heiligen krijg aan te doen, en om die te overwinnen; en hetzelve werd macht gegeven over alle geslacht, en taal, en volk. En allen, die op de aarde wonen, zullen hetzelve aanbidden, welker namen niet zijn geschreven in het boek des levens, des Lams, Dat geslacht is, van de grondlegging der wereld. {2TG17: 4.2}

          Indien iemand oren heeft die hore. Indien iemand in de gevangenis leidt, die gaat zelf in de gevangenis; indien iemand met het zwaard zal doden, die moet zelf met het zwaard gedood worden. Hier is de lijdzaamheid en het geloof der heiligen.” {2TG17: 4.3}

We hebben hier de beschrijving van het ene

4

beest gelezen, maar de resterende verzen brengen een ander beest onder onze aandacht. {2TG17: 4.4}

Openb. 13: 11-14—“En ik zag een ander beest uit de aarde opkomen, en het had twee hoornen, des Lams hoornen gelijk, en het sprak als de draak. En het oefent al de macht van het eerste beest, in tegenwoordigheid van het zelve, en het maakt, dat de aarde, en die daarin wonen het eerste beest aanbidden, wiens dodelijke wonde genezen was. En het doet grote tekenen, zodat het ook vuur uit den hemel doet afkomen op de aarde voor de mensen. En verleidt degenen die op de aarde wonen,door de tekenen, die aan hetzelve toe doen gegeven zijn in de tegenwoordigheid van het beest; zeggende tot degenen, die op de aarde wonen, dat zij het beest, dat de wond des zwaards had, en weder leefde, een beeld zouden maken.”

Het tweede beest komt op, niet vanuit de zee, maar vanuit de aarde. En hij maakt een beeld, een gelijkenis van het eerste beest, dat is, hij wekt de bestuurlijke prinipes van het eerste beest op, de principes die van kracht waren voordat het eerste beest zijn dodelijke wonde had ontvangen. {2TG17: 5.1}

Openb. 13: 15-18—“En hetzelve werd macht gegeven om het beeld van het beest een geest te geven, opdat het beeld van het beest ook zou spreken en maken dat allen, die het beeld van het beest niet zouden aanbidden, gedood zouden worden. E het maakt, dat het allen, kleinen en groten, rijken en armen, en vrijen en dienstknechten, een merkteken geve aan hun rechterhand of aan hun voorhoofden. En dat niemand mag kopen of verkopen, dan die dat merkteken heeft, of den naam van het beest, of het getal zijns naams. Hier is de wijsheid: Die het verstand heeft, rekene het getal van het beest; want het is een getal eens mensen, en zijn getal is zeshonderd zes

5

 en zestig.”

We zien, dat de Bijbel, het getal “666,” niet plaatst op het eerste beest, het luipaardachtig beest, maar op het tweede, het twee-hoornig beest, want de beschrijving van het eerste beest eindigt in Openb. 13: 10, en de beschrijving van het twee hoornig beest begint met Openb. 13 : 11 en eindigt met Openb. 13 : 18. {2TG17: 6.1}

Een publicatie van de denominatie van lang geleden, getiteld “Een Woord aan de kleine kudde, en uitgegeven door de grondleggers van de kerkgenootschap, plaats ook terecht het getal “666,”op het twee hoornig beest (zie bladzijde 19 van Een woord aan de kleine kudde: A word to the little flock.) {2TG17: 6.2 }

De Openbaring zijnde een aanvulling (Acts of the Apostles, pg. 585) op het boek van Daniel, maakt het noodzakelijk dat we Daniel terloops behandelen, hoofdstuk zeven in het bijzonder. {2TG17: 6.3}

De kleine hoort in de tweede fase van de vier beesten van Daniel, vertoont een opkomst van meedogenloze tirannieke macht,– een macht tegen het volk van God. De symboliek van het luipaardachtig beest van Johannes hoofdstuk 13, welke de voortzetting is van het vierde beest van Daniel, verteld wat gebeurd met de demonische macht. {2TG17: 6.4}

Daniel legt uit dat zijn vier beesten vier wereldrijken voorstellen, de een de ander opvolgend. En het is al heel lang wijd en zijd begrepen dat ze Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en Rome waren. Merk op dat het luipaardachtig beest van Johannes het hoofd had van een leeuw (eerste beest), de voeten van een beer (tweede beest), en het lichaam van een luipaard (derde beest), en tien hoornen (vierde beest). En zo, ziet u dat, het luipaardachtig beest een samengesteld beest is van de vier beesten van Daniel, een afstammeling van hen. Het

6

 moet daarom de wereld na de val van het vierde rijk, na heidens Rome voorstellen. {2TG17: 6.5}

De tien kroonloze hoornen bovendien, van het vierde beest van Daniel, die een symbool zijn van koningen die zouden opkomen uit het Romeinse Rijk, de kronen van het luipaardachtige beest tonen aan, dat het beest de periode voorstelt waarin de koningen hun kronen namen, de periode na het uiteen vallen van het heidense Romeinse Rijk. {2TG17: 7.1}

Verder lasterde het luipaardachtige beest nog God en Zijn tabernakel net zo lang als het vierde beest van Daniel in zijn tweede fase, Pauselijk Rome deed; dat wil zeggen, “tijd, tijden en een halve tijd,”( 3 jaren en 6 maanden), twee en veertig maanden. Het is dan duidelijk dat het luipaardachtig beest gelijktijdig heerst met het niet te beschrijven beest in haar tweede fase, de fase van het hoofd met de kleine hoorn. De dodelijke wonde van het luipaardachtig beest is daarom een voorstelling van de dodelijke klap die het ontving van de Protestantse Reformatie. Vandaar dat haar gewonde hoofd de  hoornenhoofd macht voorstelt (een samensmelting van burgerlijke en godsdienstige machten) van de beesten van Daniel, ontdaan van haar burgerlijke macht—van hoornen ontdaan. {2TG17: 7.2}

Daar nu de hoornen van de Johannes’ zijn beesten de volkeren symboliseren, en zijn gewonde hoofd een godsdienstige organisatie gescheiden van hun burgerlijke macht symboliseren, wordt het duidelijk dat de hoofden, zeven in totaal, godsdienstige lichamen beschrijven, Christendom in haar totaliteit. De hoornen, hoewel tien in getal, beschrijven de bestuurlijke regeringen in hun totaliteit. Zowel hoornen en hoofden zijn een voorstelling van de hedendaagse wereld net zoals elk van Daniels vier beesten respectievelijk, de wereld in hun dagen voorstelden. {2TG17: 7.3}

7

Daar de hoornen en hoofden allen tegelijkertijd op het beest waren, niet de een na de ander opkwamen, of op gelijke wijze afvielen zoals de hoornen van Daniel hoofdstuk 7 en 8, moet voor eens en altijd ieder rationeel denkende ervan overtuigen, dat de hoornen en hoofden bestuurlijke en godsdienstige lichamen symboliseren, allen tegelijkertijd bestaand, niet de een de ander opvolgend. {2TG17: 8.1}

Daar de godslastering op de hoofden en niet op de hoornen is, toont het aan dat de godsdienstige lichamen hierin beschreven, God niet volgens de Waarheid aanbidden, dat ze niet geheel datgene zijn, wat ze voorwenden te zijn. De exacte uitlegging die Inspiratie plaatst op het woord “ godslastering,”is deze: “Ik weet…. de lastering dergenen, die zeggen dat zij joden zijn, en zijn het niet.” Openb. 2: 9. {2TG17: 8.2}

Het is beter voor ons allen om onze tekortkomingen te bekennen dan de Waardheid te ontwijken, want het is de Waarheid die ons vrij zal maken. {2TG17: 8.3}

Daar wij bovendien toegeven dat de Reformatie de dodelijke slag toediende en het Protestantisme voortbracht, en daar Inspiratie zegt dat de wond genezen was, bewijzen al deze dingen iets, dat wanneer we eraan toegeven, ons in gevaar gebrachte leven kan redden, en ons even groot maken als de oprechte belijdenis vroeger David groot maakte. Wat is het dat we moeten belijden? –Precies dit: Als het Protestantisme het beest van de Reformatie verwondde, dan toont de genezing van de wonde niets minder aan dat, dat de Reformatie gefaald heeft om de wonde open te houden, dat het doel van de reformatie is gestorven en dat tirannie opgewekt is geworden. Inderdaad, dit symbolisme zegt niets minder dan wat de boodschap aan de Laodicenzen zegt: {2TG17: 8.4}

8

“Want gij zegt: Ik ben rijk en verrijkt geworden, en heb geens dings gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en naakt. Ik raad u dat gij van Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte klederen, opdat gij moogt bekleed worden, en de schande uwer naaktheid niet geopenbaard worde; en zalf uw ogen met ogenzalf, opdat gij zien moogt.”Openb. 3: 17, 18. {2TG17: 9.1}

Voor iemand om in zo een betreurenswaardige toestand te zijn en tegelijkertijd tevreden dat hij aan niets behoefte heeft is inderdaad godslastering. {2TG17: 9.2}

In tegenstelling tot het eerste beest komt het tweede beest uit de aarde. De zee en de aarde tonen duidelijk twee verschillende locaties aan. We weten dat de beesten van Daniel 7, en het luipaardachtig beest van Openbaring 13, de beesten die uit de zee kwamen, allemaal hun oorsprong hadden in het Oude Land, de landen waar de mensheid begon. Ja de “zee,” symboliseert op passende wijze het Oude Land omdat de zee de opslagplaats is van de wateren, de plaats waar de wateren hun oorsprong hebben, evenals het Oude Land de plaats is waar vandaan de mensheid zich verspreidde. {2TG17: 9.3}

De “aarde,”dan wijst naar een plaats van de “zee” af en het tegenovergestelde van waar de zee voor staat, – een land bestaande uit inwoners die ergens anders vandaan geëmigreerd zijn. Het enige land of natie zo veraf van het Oude Land en zo invloedrijk als beschilderd in dit twee hoornig beest dat opkomt na de totstandkoming van het luipaardachtig beest, in de Protestantse periode is de Verenigde Staten. Bovendien is de Verenigde Staten reeds een wereld macht, en daardoor hoeven we niet meer te gissen. De twee hoornen van het beest verwijzen

9

 naar haar twee politiek heersende machten: Democraten en Republikeinen. Hun lamachtige karakter geeft het voorkomen van onschuld, argeloosheid en menslievendheid. Het spreken van het beest als een draak verwerpt echter het lamachtige voorkomen van de hoornen. {2TG17: 9.4}

Het twee hoornig beest oefent al de macht uit welke het eerst beest, het luipaardachtig beest uitoefende, wederom tonend dat het een wereld macht is. Waarlijk het vereist precies zo een macht, om al de bewoners van de aarde te dwingen om te aanbidden zoals hij beveelt, en om een gelijkenis van een kerk- en staatsbestuur te verwezenlijken dat zo ouderwets is als de Middeleeuwen zelf. Ja het vereist zo een macht om de wereld te beïnvloeden, met uitzondering van hen wiens naam geschreven staat in het Boek des leven van het Lam, om ervoor te buigen. {2TG17: 10.1}

Openb. 13: 13-15—“ En het doet grote tekenen, zodat het ook vuur uit den hemel doet afkomen op de aarde, voor de mensen. En verleidt degenen, die op de aarde wonen, door de tekenen, die aan hetzelve toe doen gegeven zijn in de tegenwoordigheid van het beest; zeggende tot degenen, die op de aarde wonen,d at zij het beest, dat de wond des zwaards had, en weder leefde, een beeld zoude maken. En hetzelve wed macht gegeven om het beeld van het beest een geest te geven, opdat het beeld van het beest ook zou spreken, en maken, dat allen, die het beeld van het beest niet zouden aanbidden, gedood zouden worden.”

Hier ziet u dat deze eenwording van de wereld, voortgebracht om vrede en harmonie te brengen uit de tegenwoordige chaos, in de plaats daarvan een grotere tijd van benauwdheid zal brengen. En waarom? – Omdat hoewel het beest Communisme en Kapitalisme tot een wederzijdse overeenstemming zal brengen, en de oorzaak zal

10

 zijn dat ze neerbuigen voor het beeld van het beest, zullen toch zij wiens naam geschreven staan in het Boek des levens van het lam nooit gehoor daaraan geven. Hieruit ziet u dat dit gehele plan door een bovennatuurlijke macht wordt gestuurd, wiens doel is het volk van God te ondermijnen. Ze zullen desondanks verlost worden. {2TG17: 10.2}

Wanneer het dekreet van het beest is doorgevoerd, dat niemand kan kopen of verkopen en gedood moet worden voor het niet instemmen, dan kan alleen God Zijn volk beschermen, het volk  wiens naam geschreven staan, in “Het Boek.” Dat is Zijn trouwe belofte: “En te dier tijd zal Michaël opstaan, die grote vorst, die voor de kinderen uws volk staat, als het zulk een tijd der benauwdheid zal zijn, als er niet geweest is, sinds dat er een volk geweest is tot op dienzelven tijd toe; en te dier tijd zal uw volk verlost worden, al wie gevonden wordt geschreven te zijn in het boek.” Dan. 12: 1. {2TG17: 11.1}

Openb. 13: 16, 17—“ En het maakt dat het aan allen, kleinen en grote, en rijken en armen, en brijen en dienstknechten, een merkteken geve aan hun rechterhand of aan hun voorhoofden; En dat niemand mag kopen of verkopen, dan die dat merkteken heeft, of den naam van het beest, of het getal zijns naams.”

Deze macht, ziet u, zal ook de wereldmarkten beheren. {2TG17: 11.2}

Deze symbolische voorspelling van het wereldbestuur dat opgezet gaat worden, toont duidelijk aan dat het aanstaande wereldbestuur nog de Verenigde Naties, noch Communisme, zal zijn, maar een pauselijke macht. We weten dat het niet Communisme is, want Communisme is tegen godsdienst, en het beest is er een voorstander van. {2TG17: 11.3}

Wanneer dit wat niet langer

11

 achter de horizon is, tot stand komt, dan zullen zij wiens naam geschreven staan in het “Boek des levens,” verlost worden, maar alle anderen zullen het merkteken van het beest ontvangen. Er zal geen middengebied zijn, of een middenklasse. {2TG17: 11.4}

We moeten nu beslissen wat te doen, zodat we niet overrompeld worden. Om precies deze reden is het licht van de Waarheid nu tot ons gekomen. {2TG17: 12.1}

Het wereld bestuur dat zich zal ontwikkelen vanuit de “Bond van Natiën,” en de “Verenigde Natiën,” zal uiteindelijk niet volledig universeel zijn, en er zullen toch nog steeds “twee werelden,”bestaan, maar in plaats van Kapitalistisch en Communistisch te zijn, zullen ze zijn, zij die het beest en zijn beeld aanbidden, en zij die God aanbidden en hun namen geschreven hebben staan in het Boek. De laatste zijn de enige mensen die niet zullen buigen voor het toekomstige wereld bestuur. {2TG17: 12.2}

12

Hoe gezegend zijn zij die altijd houden

De reine en volmaakte weg;

Die nooit van de heilige paden

Van God geboden afdwalen!

Hoe gezegend, die in zijn rechtvaardige wetten

Steeds gehoorzaam zijn geweest,

En met vurige, nederige ijver

Zijn sympathie zochten te winnen!

U heeft ons nauwkeurig samengevoegd Heer

Om Uw heilige wil te leren

En al onze ijver gebruikt

Om Uw Goddelijke Geboden te vervullen.

O dat dan Uw meest heilige wil

Over mijn wegen de leiding mag hebben;

En ik de koers van mijn leven

Onder Uw leiding mag laten richten!

Anon.

 

Ter Correctie

Tijdige Groeten

De enige gemoedsrust

Vol.2 Nr 18

                                                                                                              

Plaatje

De Laatste WereldRegering, Communistisch of Kapitalistisch : Welke?

GEBEDSVOORLEZING

Omring De Jeugd Met De Juiste Invloeden

Ik lees uit Lessen uit het leven van Alledag, bladzijde 27: {2TG18: 14.1}

“ Wanneer het verstand nog jong, helder en ontvankelijk voor een snelle ontwikkeling is, bestaat er groot gevaar om eerzuchtig te worden, om het eigen ik te dienen. … In deze periode waarin het leven van het kind wordt gevormd, is de verantwoordelijkheid van de ouders heel groot. Zij moeten nagaan hoe zij de jeugd kunnen omgeven met goede invloeden, die hun een juist inzicht in het leven en het ware succes daarvan zullen geven. … Hoe meer wordt toegegeven aan het verlangen naar vermaak, des te sterker wordt dit verlangen. De belangstelling van deze jonge mensen gaat meer en meer uit naar vermaak tot zij dit zien als het grote doel van hun leven. Zij vormen gewoonten van nietsdoen en egoïsme waardoor het vrijwel onmogelijk voor hen wordt ooit sterke Christenen te worden.” {2TG18: 14.2}

We worden hier bevolen te bidden dat de jeugd getraind en afgeleerd wordt het eigen ik te dienen; dat de ouders zelf dit ook leren, want in vele gevallen leidden de beweegredenen van ouders de kinderen in wereldgezindheid en trots; dat de ouders en kinderen beseffen dat hoe meer aan het ontwerp voor vermaakt wordt toegegeven, hoe sterker het wordt en des te meer het onmogelijk wordt om het te bevredigen; dat we allen moeten begrijpen, dat tenzij de jeugd de juiste visie van het leven en haar ware succes wordt gegeven, ze opgeslorpt zullen in amusement en ernaar zullen opkijken als het grootste doel in het leven. {2TG18: 14.3}

14

DE LAATSTE WERELDREGERING, COMMUNISTISCH OF KAPITALISTISCH: WELKE ?

LEZING  DOOR V. T. HOUTEFF

BEDIENAAR DER DAVIDIAANSE ZEVENDE DAG ADVENTISTEN

SABBAT, 13 December 1947

CARMEL KAPEL

WACO, TEXAS

15

Openb. 17: 1-3—“En één uit de zeven engelen, die de zeven fiolen hadden, kwam en sprak met mij, en zeide tot mij: Kom herwaarts, ik zal u tonen het oordeel der grote hoer, die daar zit op vele wateren; Met welke de koningen der aarde gehoereerd hebben, en die de aarde bewonen zijn dronken geworden van den wijn harer hoererij. En hij bracht mij weg in een woestijn, in den geest, en ik zag een vrouw, zittende op een scharlakenrood beest, dat vol was van namen der godslastering, en had zeven hoofden en tien hoornen.”

Dit beest wordt gezien als beschrijving van de wereld in haar dagen zoals al de beesten van Daniel en de Openbaring gezien worden als beschrijving van de wereld in hun dagen. {2TG18: 16.1}

De woestijn zijnde het tegenovergestelde van de wijngaard toont aan dat het domein van het beest niet in het Beloofde land is, niet in de wijngaard (Jes. 5: 7), maar in de landen van de heidenen, de “ woestijn.” Het Heilige land is daarom uitgesloten uit dit domein. En door het feit dat de vrouw zit op het beest, het berijd, wordt duidelijk aangetoond dat ze het regeert, en dat het beest zelf het symbool is van de heerschappij van Babylon de Grote. {2TG18: 16.2}

De tien hoornen van het beest zijn een afschildering van burgerlijke machten, zoals de hoornen van elk symbolisch beest dat zijn. En als het gewonde hoofd van het luipaardachtige beest van hoofdstuk 13 symbolisch is voor een godsdienstige organisatie, zoals geleerd door het kerkgenootschap, dan moeten zijn zeven hoofden op gelijke wijze een figuurlijke voorstelling zijn van godsdienstige lichamen! Aldus is het dat dit beest in haar totaliteit, zoals alle andere soortgelijke beesten van de Bijbel, de heidense wereld symboliseren in haar totaliteit -burgerlijke en godsdienstige lichamen (hoornen

16

 en hoofden). {2TG18: 16.3}

Om godslasterlijk te spreken is wanneer iemand lichtvaardig over God spreekt, schijnheilig te werk gaan, zich voorgeven iemand anders te zijn dan wat men in werkelijkheid is. De definitie van Inspiratie in deze is: “Ik weet … de lastering dergenen, die zeggen, dat zij Joden zijn, en zijn het niet, maar zijn een synagoge des satans.” Openb. 2: 9. {2TG18: 17.1}

Openb. 17: 4-6—“En de vrouw was bekleed met purper en scharlaken, en versierd met goud, en kostelijk gesteente en paarlen, en had in hare hand een gouden drinkbeker, vol van gruwelen, en van onreinigheid harer hoererij. En ophaar voorhoofd was een naam geschreven, namelijk Verborgenheid; het grote Babylon, de moeder er hoererijen en der gruwelen der aarde. En ik zag, dat de vrouw dronken was van het bloed der heiligen, en van het bloed der getuigen van Jezus, En ik verwonderde mij, als ik haar zag, met grote verwondering.”

Deze vrouw, symboliseert niet iets nieuws, maar iets wat zo oud is als de tijd van de martelaren, want zij is de oorzaak van hun slachting. Wat kan ze anders zijn dan een vervalste godsdienst die haar oorsprong had met Kain’s onaanvaardbare offer?  Van toen af heeft ze sektarisme voortgebracht, en is  de moeder van de hoeren geworden. Merkt u op dat haar gruwelen, heel aantrekkelijk zijn gemaakt, uitgereikt wordend van uit een gouden beker gehouden in handen die schitterend versierd zijn met de waardevolste dingen van de aarde. {2TG18: 17.2}

Openb. 17: 7-13—“En de engel zeide tot mij: waarom verwondert gij u? Ik zal u zeggen de verborgenheid der vrouw en van het beest, dat haar draagt, hetwelk de zeven hoofden heeft en de tien hoornen. Het beest, dat gij gezien hebt, was en is

17

niet; en het zal opkomen uit den afgrond, en ten verderve gaan, en die op de aarde wonen, zullen verwonderd zijn (welke namen niet zijn geschreven in het boek des levens van de grondlegging der wereld), ziende het beest, dat was en niet is, hoewel het is. Hier is het verstand, dat wijsheid heeft. De zeven hoofden zijn zeven bergen, op welke de vrouw zit. En het zijn ook zeven koningen; de vijf zijn gevallen, en de een is, en de ander is nog niet gekomen, en wanneer hij zal gekomen zijn, moet hij een weinig tijds blijven. En het beest, dat was en niet is, die is ook de achtste koning, en is uit de zeven en gaat ten verderve. En de tien hoornen, die gij gezien hebt, zijn tien koningen, die het koninkrijk nog niet hebben ontvangen, maar als koningen macht ontvangen op één uur met het beest. Dezen hebben enerlei mening, en zulle hun kracht en macht het beest overgeven.”

Hier is een beest wiens opmaak gelijk is aan dat van het luipaardachtige beest van hoofdstuk 13. De hoornen van dit scharlakenrode beest, zijn echter zonder kronen en geen van zijn hoofden zijn gewond. Bovendien, in plaats van de naam godslastering geschreven te hebben over zijn hoofden, is zijn hele lichaam vol van namen van godslastering. {2TG18: 18.1}

In voorgaande studies hebben we geleerd dat het luipaardachtige beest de wereld voorstelt vanaf de val van heidens Rome tot onze tijd (The Great Controversy, pg. 442). Aangezien nu het scharlakenrode beest ook tien hoornen en zeven hoofden heeft, is het wederom te zien, dat ook hij op de tijdslijn een voorstelling is van de wereld met haar burgerlijke en godsdienstige machten—hoornen en hoofde. {2TG18: 18.2}

Omdat zijn hoofd niet gewond is zoals het hoofd van het luipaardachtige beest, en daar de wonde van het luipaardachtige beest genezen is, is

18

 het duidelijk dat het scharlakenrode beest de wereld vertegenwoordigt in de tijd dat de wonde is genezen, in de tijd dat het twee hoornig beest (Openb. 13: 11-18) een beeld van het luipaardachtige beest maakt in haar vooraf gewonde staat. {2TG18: 18.3}

Merkt u op dat de hoornen van het vierde beest van Daniël zonder kronen waren, en de hoornen van Johannes’ luipaardachtige beest gekroond, en ook dat de hoornen van het scharlakenrode beest kroonloos zijn. Door middel van deze symbolische voorstellingen, beschrijft Inspiratie drie tijdsperioden, de een de ander opvolgend: (1) de periode voordat de Europese koningen hun kronen ontvingen; (2) de periode waarin ze gekroond werden; (3) een periode van kroonloze koningen waarin Babylon de Grote overheerst. {2TG18: 19.1}

Het feit dat vrijwel alle gekroonde koningen van de wereld reeds onttroond zijn geweest is op zichzelf bewijs dat periode nr. 2, de periode van het luipaardachtige beest (gekroonde hoornen) op het punt staat voorbij te gaan en dat periode nr. 3, de periode van het scharlakenrode beest (kroonloze hoornen) op het punt staat ingeluid te worden. Om de overgang te maken, is de huidige verontrusting van de volkeren daarom onvermijdelijk. {2TG18: 19.2}

Openb. 17: 14-18—“Dezen zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen want Het is een Heere der Heren, en een Koning der koningen, en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen en gelovigen. En hij zeide tot mij: De wateren, die gij gezien hebt, waar de hoer zit, zijn volken, en scharen, en natiën, en tongen. En de tien hoornen, die gij gezien hebt op  het beest, die zullen de hoer haten, en zullen haar woest maken, en naakt; en zij zullen haar vleest eten, en zullen haar met vuur verbranden. Want God heeft hun

19

 in hun harten gegeven, dat zij Zijn mening doen, en dat zij enerlei mening doen, en dat zij hun koninkrijk het beest geven, totdat de woorden Gods voleindigd zullen zijn. En de vrouw, die gij gezien hebt, is de grote stad,die het koninkrijk heeft over de koningen der aarde.”

Nogmaals, het feit dat de tien hoornen (koningen) een mening hebben (anders dan de tenen-koningen van Daniel 2: 42, 43), maar geen eigen koninkrijk hebben, naast het feit dat de vrouw over het beest heerst, en ook het feit dat de Communistische leiders (kroonloze koningen) van de natiën een mening hebben (werkt tezamen voor een algemeen doel), – al deze feiten tonen aan dat hoewel het lijkt dat Communisme de volgende macht zal zijn die de wereld zal regeren, deze symbolische profetie aantoont dat de wereld vervolgens geregeerd gaat worden door een internationaal godsdienstig systeem, door Babylon de Grote, een rivaal van de godsdienst van Christus, en een vervalsing van de vrouw in Openbaring hoofdstuk 12. Het scharlakenrode beest, is daarom een symbool van de wereld regering waarin de Verenigde Staten zich uiteindelijk zullen ontwikkelen. {2TG18: 20.1}

 Daar zij die een deel hebben in de eerste opstanding, al de onboetvaardige zondaren vanaf het begin van de wereld tot aan de Millennium, na de 1000 jaren zullen worden opgewekt, zullen ze dan zeker ontdekken dat hun namen niet geschreven stonden “in het Boek des Levens,”—neen, niet een van hen, sinds de grondlegging van de wereld. De waarheid komt nu duidelijk uit dat ze alleen dan het beest in haar drie fasen zullen aanschouwen (“dat wat, en niet is, en is weer”)dat wil zeggen, hij “was” voor de Millennium; “en is niet” gedurende de Millennium; “en is weer” na de Millennium. {2TG18: 20.2}

Hij “is niet” gedurende de 1000 jaren omdat bij

20

 de aanvang van de 1000 jaren, het beest en de valse profeet “in de poel van vuur geworpen”worden, dan zal “het overblijfsel,” al het resterende dat niet uit het domein van Babylon kwam, “geslacht worden met het zwaard” van de Koning der koningen en de Heer der Heren.”Openb. 19: 21, 16. {2TG18: 20.3}

Om samen te vatten, geleefd hebbend voor de Millennium en ook na de Millennium en dood geweest zijnde tijdens de Millennium, is het beest te zien in drie fasen, in drie perioden: de periode voor de duizend jaar, waarin hij “was,” de duizend jaar waarin “hij niet is,” en na de duizend jaar, waar in hij “is”. {2TG18: 21.1}

Hij “zal opkomen uit de bodemloze afgrond,” (uit de afgrond, waarin Satan zelf gebonden zal worden voor 1000 jaren), en dan “ten verderve gaan” (Openb. 17: 8); dat wil zeggen, hij zal kort in zijn tweede dood gezet worden waaruit geen opstanding is. {2TG18: 21.2}

“Hij is de achtste, en is uit de zeven,”; dat wil zeggen, er zijn vier beesten in Daniel 7, twee in Openbaring 13 , en één in hoofdstuk 17—in totaal zeven beesten. Maar de zevende leeft tweemaal, en dus na zijn opstanding  is “hij de achtste,” maar “is uit de zeven.” Dan gaat hij ten verderve,– en ondergaat de tweede dood. {2TG18: 21.3}

De verklaring,” en het zijn zeven koningen,” toont aan dat deze koningen niet in deze voorstelling zijn; dat wil zeggen, zij zijn niet de hoornen, noch minder zijn zij de hoofden. Al de hoornen en hoofden zijn aanwezig op het beest, terwijl de “zeven koningen” daar niet gesymboliseerd- vijf zijn gevallen, één is, en de ander moet nog komen. {2TG18: 21.4}

We moeten ons ten volle realiseren dat God door deze

21

symbolische voorstelling de geschiedenis van de gehele wereld samenvat, want het beest, zoals ik al eerder opmerkte, is een symbolische voorstelling niet alleen van de wereld voor de duizend jaar, maar tevens van de wrede wereld na de duizend jaar. De zeven koningen van koninkrijken”vanaf de grondlegging van de wereld voor de vloed; (1) De oude wereld voor de overstroming; (2) Het oude Babylonische Rijk; (3) Het Medo-Perzische Rijk; (4) Het Griekse Rijk; (5) Het Romeinse Rijk. Zij zijn allen gevallen. (6)De ene die is, is de wereld waaraan de huidige verwarring van volkeren geboorte moet geven (voor de duizend jaar), en waarvan het beest zelf, in zijn eerste fase een symbolische voorstelling is. En (7) de ene die nog moet komen, is de wereld na de 1000 jaren, waarvan het beest zelf, in zijn derde fase, ook een symbolische voorstelling is. {2TG18: 21.5}

Aldus, tezamen met deze symbolische voorstelling wordt de zondige wereld voorgesteld vanaf haar begin tot haar absolute einde. Dit beest, is daarom de symbolische samenvatting van de gehele wereld. {2TG18: 22.1}

Het “ene uur,”is duidelijk de tijd vanaf het elfde tot de twaalfde allegorische uren zoals uiteengezet in Mattheus 20: 6. {2TG18: 22.2}

Nummer tien in dit geval, zoals elders in de Bijbel, draagt de betekenis van universaliteit. De tien koningen hebben geen koninkrijk terwijl de vrouw het beest berijd, maar te zamen met het beest zullen ze de macht hebben als koningen. Het zinsdeel, “nog niet” suggereert dat ze na dat ene uur hun koninkrijken zullen ontvangen. {2TG18: 22.3}

Openb. 17: 14—“Deze zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen want Het is een Heere der Heren, en een Koning der koningen, en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen en gelovigen.”

22

Deze koningen zullen anti-godsdienst zijn en daarom anti-Christenen. Ze zullen uiteindelijk oorlog voeren met het Lam en met Zijn geroepenen, uitverkorenen en gelovigen, maar “Het Lam zal” de koningen “overwinnen.” {2TG18: 23.1}

De vrouw, zoals eerder getoond, is een symbolische voorstelling van een in een verbond aangesloten godsdienstig systeem, waarmee de hoornen niet alleen in onenigheid zijn, maar die ook haar vijanden zijn. Vervolgens, nadat het symbolische uur voorbij is gegaan, zullen ze haar afwerpen van het beest, haar verlaten en haar branden met vuur. Dan is het dat ze haar koninkrijk ontvangen “voor een tijd en tijden.” Daniel 7: 12 {2TG18: 23.2}

Openb. 17: 17—“Want God heeft hun in hun harten gegeven, dat zij Zijn mening doen, en dat zij enerlei mening doen, en dat zij hun koninkrijk het beest geven, totdat de woorden Gods voleindigd zullen zijn.”

De oproep om uit Babylon te komen (Openb. 18: 4), is een oproep tot Gods volk om uit haar geografisch domein te komen. {2TG18: 23.3}

Het achttiende hoofdstuk is een vervolg van het zeventiende, en daarom zullen we het ook bestuderen: {2TG18: 23.4}

Openb. 18: 1—“En na deze zag ik een anderen engel afkomen uit den hemel, hebbende grote macht, en de aarde is verlicht geworden van zijn heerlijkheid.”

Na welke dingen? – Nadat het scharlakenrode beest tot stand is gekomen en terwijl de vrouw, Babylon, op hem zit. Het is dan dat de aarde verlicht zal worden met de heerlijkheid van de engel, met de boodschap van het uur. {2TG18: 23.5}

Openb. 18: 2-4—“En hij riep krachtelijk met een grote stem zeggende: Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon,

23

 en is geworden een woonstede der duivelen, en een bewaarplaats van alle onreine geesten, en een bewaarplaats van alle onrein en hatelijk gevogelte. Dewijl uit den wijn des toorns harer hoererij alle volken gedronken hebben, en de koningen der aarde met haar gehoereerd hebben, en de kooplieden der aarde rijk zijn geworden uit de kracht harer weelde. En ik hoorde een andere stem uit den hemel, zeggende: Gaat uit van haar, Mijn volk, opdat gij aan haar zonden geen gemeenschap hebt, en opdat gij van haar plagen niet ontvangt.”

Een hemelse stem, de Geest van Waarheid, wordt gehoord Gods volk roepende uit Babylon, nadat de aarde verlicht is met de heerlijkheid van de engel. Zodat Gods volk er uit kan komen, omdat ze geen deel hebben aan haar zonden en van haar plagen niet ontvangen, ze moeten vanzelfsprekend geroepen worden naar een plaats die vrij is van zonden, en zodoende gered worden van de plagen van Babylon. Dus gaan ze in een gereinigde zondeloze kerk, en een land dat niet in het gevaar van de plagen verkeerd. {2TG18: 24.1}

Openb. 18: 5-7—“ Want haar zonden zijn de enen op de andere gevolgd tot den hemel toe, en God is harer ongerechtigheden gedachtig geworden. Vergeldt haar, gelijk als zij ulieden vergolden heeft, en verdubbelt haar dubbel, naar haar werken; in den drinkbeker, waarin zij geschonken heeft, schenkt haar dubbel. Zoveel als zij zichzelve verheerljkt heeft, en weelde gehad heeft, zo grote pijniging en rouw doet har aan; want zij zegt in haar hart: Ik zit als een koningin, en ben geen weduwe, en zal geen rouw zien.”

Ze heeft Gods volk met het kwaad beloond, en nu zal ze het dubbele terug betaald worden. Ze heeft opgeschept dat ze de wereld regeert, en heeft in haar hart gezegd dat ze geen”weduwe,”is, dat God haar echtegenoot is, maar ze heeft zich vergist hebben. {2TG18: 24.2}

24

Openb. 18: 8-13—“ Daaron zullen haar plagen op één dag komen, namelijk dood, en rouw, en honger, en zij zal met vuur verbrand worden; want sterk is de Heere God, Die haar oordeelt. En de koningen der aarde, die met haar gehoereerd en weelde gehad hebben, zullen haar bewenen, en rouw over haar bedrijven, wanneer zij den rook haar brands zullen zien. Van verre staande uit vreze van haar pijnigingen, zeggende: Wee, wee, de grote stad Babylon, de sterke stad, want uw oordeel is in één ure gekomen. En de kooplieden der aarde zullen wenen en rouw maken over haar, omdat niemand hun waren meer koopt. Waren van goud en van zilver, en van kostelijk gesteente, en van paarlen, en van fijn lijnwaad, en van purper, en van zijde, en van scharlaken; en allerlei welriekend hout,en allerlei ivoren vaten, en allerlei vaten van het kostelijkste hout, en van koper, en van ijzer, en van marmersteen. En kaneel, en reukwerk, en welriekende zalf, en wierook, en wijn, en olie, en meelbloem, en tarwe, en lastbeesten, en schapen; en van paarden en van koetswagens, en van lichamen, en de zielen der mensen.”

Ze heeft alles in haar handen geplaatst en haar handen in alles geplaatst, maar nu komt haar heerlijkheid tot een einde. {2TG18: 25.1}

Openb. 18: 14-21—“ En de vrucht der begeerlijkheid uwer ziel is van u weggegaan; en al wat lekker en wat heerlijk was, is van u weggegaan, en gij zult hetzelve niet meer vinden. De kooplieden dezer dingen, die rijk geworden waren van har, zullen van verre staan uit vreze van haar pijniging, wenende en rouw makende. En zeggende: Wee, wee, de grote stad die bekleed was met fijn lijnwaad, en purper, en scharlaken, en versierd met goud, en met kostelijk gesteente, en met paarlen; want in één ure is

25

zo grote rijkdom verwoest. En alle stuurlieden, en al het volk op de schepen, en bootsgezellen, en allen, die ter zee handelen, stonden van verre; En riepen, ziende den rook van haar brand, en zeggende: Wat stad was deze grote stad gelijk? En zij wierpen stof op hun hoofden, en riepen, wenende en rouw bedrijvende, zeggende: Wee, wee, de grote stad, in dewelke allen, die schepen in de zee hadden, van haar kostelijkheid rijk geworden zijn; want zij is in één ure verwoest geworden. Bedrijft vreugde over haar, gij hemel, en gij heilige apostelen, en gij profeten, want God heeft uw oordeel aan haar geoordeeld. En een sterke engel hief een steen op als een groten molensteen, en wierp dien in de zee, zeggende: Aldus zal de grote stad Babylon met geweld geworpen worden, en zal niet meer gevonden worden.”

Wat een geweld! En wat een schandelijk einde wanneer de tien hoornen Babylon in bezit nemen, de hoofdkwartieren van die aanmatigende, vol eigendunk zijnde wereld wijde macht. Nu is het onze tijd en gelegenheid om gereed te zijn wanneer de vier winden los gelaten gaan worden, en een toevluchtsoord voorbereiden, een zondeloze plaats voor de inzameling van het volk, en voor het beëindigen van het evangelie werk in de hele wereld. {2TG18: 26.1}

Openb. 18: 22-24—“En de stem der citerspelers, en der zangers, en der fluiters, en der bazuiners, zal niet meer in u gehoord worden; en geen kunstenaar van enige kunst zal meer in u gevonden worden; en geen geluid des molens zal in u meer gehoord worden. En het licht der kaars zal in u niet meer schijnen, en de stem eens bruidegoms en ener bruid zal in u niet meer gehoord worden; want uw kooplieden waren de groten der aarde, want door uw toverij zij alle volken verleid geweest. En in dezelve is gevonden het bloed der profeten en der heiligen, en

26

al dergenen, die gedood zijn op aarde.”

We zien dat dit regeringssysteem voor geen andere reden is opgezet dan voor het doel om zijn aanhangers in de naam van godsdienst rijk te maken, een praktijk die vooraf gaat aan alle vormen man afgoderij. {2TG18: 27.1}

Als onze harten gericht zijn op rijkdom, als onze liefde voor geld groter wordt dan onze liefde om het Koninkrijk op te richten, dan is er geen hoop meer. Dezulken zullen zichzelf magnetisch neergetrokken voelen naar Babylon. We moeten onthouden dat de liefde voor geld de wortel is tot alle kwaad; dat het eenvoudiger is voor een kameel om door het oog van een naald te gaan; dan dat een rijke man het Koninkrijk ingaat. Maar jammer genoeg, ondanks deze heilige waarschuwing, zien we dat zelf de meest geïnformeerde in de dingen van God, slachtoffer worden van zo een vuil gewin. {2TG18: 27.2}

Als we de dollar hebben wanneer we het nodig hebben, en ook van dag tot dag zeker zijn van onze kleding, voeding en een bed om in te slapen, moeten wij ons rijk voelen. We moeten ons voelen alsof we een miljoen dollar in de bank hebben. Ja, als wij eerst het koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid zoeken en de Heer Zijn zaak doen, in niets lui en oprecht in alles zijn, dan zullen we dit alles naar ons toegeworpen krijgen. (Matt. 6: 31-33). {2TG18: 27.3}

We hebben daarom opnieuw gezien dat de laatste wereldregering noch Communistisch, nog Kapitalistisch zal zijn, maar pauselijk en meer ten dienste van Kapitalisme dan Comminisme. {2TG18: 27.4}

27

 

>